Zaterdag 1 december

Op Schiphol wordt een ieder afzonderlijk ingeboekt, dat blijkt sneller. Hier krijgen wij ook reeds de instapkaarten voor de vlucht Parijs-Delhi, dat is gemakkelijk.
Wij vliegen vanaf Amsterdam met Air France, een Airbus A 340, F-GFKQ. Om kwart voor twee vertrekken wij van de pier met 13° C en motregen. Om twee uur stijgen wij op en gaan door de wolken. Het is een erg rustige vlucht en geheel Europa ligt onder een dik wolkendek.
Om kwart voor drie landen wij op Charles de Gaulle Airport Parijs, geheel bewolkt, motregen en 14° C. Daarna moeten wij weer alle controles doorlopen en gaan lopend naar het (nieuwe) gebouw F. Als wij daar 10 minuten gezeten hebben gaan wij in de Boeing 747 400 die geheel vol zit met ongeveer 600 passagiers. Vanwege de veiligheid van de bagage van de aansluitende vluchten verrekken wij een uur te laat. De vlucht is erg rustig en duurt 8 uur. Wij vertrekken om zes uur vanaf CDG, harde regen, donker en 12° C.
Bij het rondbrengen van de drankjes bestel ik een biertje en dan krijg ik er altijd twee! Dat geldt alleen voor Air India.

Zondag 2 december
Om halftwee (Indiase tijd) vliegen wij boven Turkije op 10.300 m hoogte, snelheid 830 km/uur en een buitentemp. van -58° C. Later vliegen wij boven Iran met 1.020 km/uur, -62° C en 10.300 m hoogte. Wij landen om 06.15 uur op Indira Ghandi International Airport Delhi.
Om kwart voor acht is alles afgehandeld (iedereen had de boardingcard bij de hand), de bagage van iedereen zit in de bus, het geld is op het vliegveld gewisseld en wij vertrekken onder leiding van Teerath Sing.
Onderweg veel Oevermaina’s, Treurmaina’s, Zwarte Wouw, Kleine Zilverreiger, Koereiger, Grijze Wouw en een vijftigtal Aasgieren. Bij de plasjes onderweg veel Steltkluten, andere steltlopers, Aalscholvers, hier ook de Indische Aalscholver en Blauwe Reiger.
Onderweg drinken wij wat buiten bij een restaurant, hier Bruine Rotsspekvreter, Indische Slangenarend, Aasgier, Huismus, Witte Kwikstaart, Huisgierzwaluw.
Wij zijn in ons hotel om een uur en om halftwee is de warme lunch. Om halfdrie vertrekken wij naar het park in de riksja’s en gaan wandelen vanaf de Bookshop in westelijke richting. Het is er prachtig met veel Bastaardarenden (laag bevederde poten), heel veel vogels op het water, eenden, ganzen, steltlopers, ooievaars en in de struiken ijsvogels en prinia’s.
Tegen zes uur, als het reeds donker is, komen wij terug bij onze riksja’s en om kwart over zes zijn wij terug in ons hotel.
Om zeven uur is er een welkomsborrel van Teerath Sing voor ons en om halfacht gaan wij lijsten, om 8 uur diner en daarna gaan veel deelnemers rechtstreeks naar bed. Om tien uur is iedereen op de kamer.

Maandag 3 december

Ik sta om halfzeven op. Het is buiten fris met 10° C en ook op de kamer met 14° C. Het is onbewolkt, windstil en helder zicht. Om halfacht hebben wij ontbijt.
In onze tuin zit een Hop en er vliegen Halsbandparkieten rond. Om halfnegen gaan wij in de riksja’s het park binnen. Ook nu weer stoppen wij bij de Bookshop en lopen verder richting tempel. Na 100 m hebben wij rechts in het droge gedeelte Loodbekjes en Tijgervinkjes. Op een nest zit een Coromandeloehoe en vlak daarbij een tweede exemplaar. Daarna zien wij de Zwarte Roodstaart, ondersoort rufiventris,
Tegen het natte gedeelte loopt een Grote Gele Kwikstaart, in de verte klinkt het getrompetter van Saruskraanvogels. Onder de struiken zit een ♀ Roodgesterde Blauwborst, op een tak een Indische Boompieper en in een boom boven ons een Humes Bladkoning. In de struiken zit een Kleine Vliegenvanger met rode borst, dichtbij een juveniele Purperreiger en vlak voor ons een ♂ Roodgesterde Blauwborst. Een Indische Slangenarend laat zich beeldvullend bekijken in de telescoop en een Citroenkwikstaart loopt vlakbij.
Wij lunchen bij Sapan Mori om halftwee. Voortdurend worden wij afgeleid door IJsvogel, Grote Zilverreiger en twee Dwergooruiltjes in een Palmboom, dat alles bij 30° C in de schaduw.
Tegen halfdrie wandelen wij weer verder: veel Nimmerzatten met jongen op de nesten erg dichtbij, Mangrovereigers onder de struiken langs de waterkant en veel Bastaardarenden (1x fulvescens). Bij de tempel een vijfentwintigtal Kwakken, een Dwergooruil en twee Brahmaanse Steenuilen. Daarna lopen wij het pad in oostelijke richting met in de verte twee Siberische Kraanvogels, 250 Kraanvogels, 100 Lepelaars, Indische Fluiteend, Krakeend, Wintertaling, Knobbeleend, enzovoort.
In een struik zitten twee Bonte IJsvogels. Wij wandelen terug naar de tempel voor de riksja’s.
Tegen kwart voor vijf zijn wij op de plaats waar wij de zonsondergang willen bekijken. Wij komen er maar net op tijd aan.
Om zes uur zijn wij terug in ons hotel, het is dan pikkedonker. Daarna het normale ritueel, lijsten, diner, napraten en tegen elf uur naar de kamers.
Wij hebben de gehele dag geen wolk gezien en geen zuchtje wind gevoeld.

Dinsdag 4 december.
Het begin van de dag is als gisteren. In de tuin van het hotel zitten Smyrna IJsvogel, Paarse Honingzuiger en Indisch Paapje.
Vandaag gaan wij bij het begin van de tocht door het park varen. Net voor het instappen een Goudoogtimalie, erg zeldzaam hier. De boottocht van een uur is een groot succes, veel te zien en van heel dichtbij, erg rustgevend.
Daarna wandelen wij naar de Nursery, onderweg een Aziatische Wespendief bovenop de struiken. Bij de Nursery Grijze Drongo, Brown Headed Barbet, Thickels Trush, Orange Headed Ground Trush. Als de rest naar deze laatste staat te kijken ontdek ik een Grey Nightjar, een Jungle Nachtzwaluw die lang genoeg blijft zitten totdat iedereen hem goed heeft kunnen bekijken.
Achter de Nursery, hoog in een Vijgenboom zit een Shikra.
De vrouwen bij de waterput zijn erg vriendelijk en gaan op de foto. Daarna wandelen wij door het bos met Jungle Prinia, Ashey Prinia, Yellow Eyed Babbler.
Halverwege heb ik een afspraak (de dag ervoor bij de ingang van het park gemaakt) met een Indiër die hier een nachtzwaluw weet te zitten. Helaas voor ons is de nachtzwaluw opgegeten door vermoedelijk een Shikra en resten ons alleen de veren ervan.
Ook de Tijgerpythons werken niet mee, ze vluchten in hun hol als wij er aankomen. Langs de waterkant zitten White Browed Fantail (met prachtige zang), Chestnut Nuthatch en Yellow Crowned Woodpecker.
Wij lunchen om kwart over een bij Sapan Mori tot kwart over twee. Daarna gaan wij richting tempel met onderweg Bruin Waterhoen en Bruine Rotsspekvreter. Langs het water lopen Groenpootruiter en Tureluur en eerst verscholen en later goed zichtbaar een Grauwe Fitis.
Er komen zeven Roze Pelikanen over, de eerste in Keoladeo deze winter. Ook vliegen er veel Kraanvogels over. In een struik langs de weg zit een Draaihals. Er vallen steeds meer groepen Kraanvogels binnen onder luid getrompetter van de Saruskraanvogels. De Siberische Kraanvogels staan nog steeds in de verte.
Wij bekijken de zonsondergang om kwart over vijf in de buurt van de tempel en zien dan een Slechtvalk in een boom en een Havikarend die een Bastaardarend verjaagt. Op de terugweg, in de korte schemering, een Coromandeloehoe op 100 meter afstand in een kale boom.
Gedurende de avond het gewone ritueel.
Teerath is vandaag drie jaar getrouwd, met nog vier andere medereizigers krijg ik een borrel met heerlijke cake. Ik kus zelfs de bruid, zonder nare gevolgen.
De maximum temperatuur vandaag was 31° C, het was de hele dag onbewolkt en windstil.

Woensdag 5 december.
Vandaag alles een kwartier vroeger want wij gaan om acht uur in de bus naar Fatehpur Sikri. Wij hebben de beschikking over een luxe bus en een gids voor de hele dag. Tegen halfnegen zijn wij in Fatehpur Sikri. Het is een beetje nevelig. In het paleis lopen wij nagenoeg alleen want er zijn bijna geen verdere toeristen. In het paleis is het lekker warm met 23° C. Hier jaagt een Indische Lanner Valk op de Rotsduiven, evenals een Shikra. Boven het paleis vliegen Huisgierzwaluwen. Daarna wordt de moskee bezocht.
Net buiten Fatehpur Sikri stoppen wij bij een skaileerfabriek en lopen een eind het veld in achter huisjes langs. Daar weet ik een groot aantal Aasgieren te zitten. Het zijn er vandaag meer dan honderd, daarnaast zit er een kolonie Vale Oeverzwaluwen, een Indische Witte Kwikstaart, Dodaars, Grote Zilverreiger, Citroenkwikstaart en Steltkluut.
Om halftwaalf rijden wij Agra binnen en tegen twaalf uur zijn wij in het Rode Fort waar het inmiddels 31° is. Als wij naar een restaurant rijden voor de lunch zien wij veel Vliegende Honden boven een park. Na een heerlijke lunch zijn wij om halfdrie bij de Taj Mahal. Hier zijn er weer wat kleine perikelen met een videocamera (entree 125 RPS in alle gelegenheden) en daarna lopen wij ieder afzonderlijk rond. Het is ook hier niet druk. Achter de Taj Mahal zitten en vliegen honderden Aasgieren, Zwarte Wouwen en zitten langs de rivier Indische Sporenkievit, Tureluur, Pontische Meeuw, Kokmeeuw, Rivierstern, Kleine Plevier, Oeverloper, enz. Een Dwergarend laat zich kort zien.
Om halfvijf zijn wij in de bus terug en ontvang ik veel complimenten van de medereizigers voor de organisatie van deze dag. Ik krijg wat last van oprispingen met nogal wat maagzuur. Ook Peter voelt zich niet zo lekker. Toch iets verkeerd gegeten in het restaurant? Of misschien te scherp van smaak of gewoon teveel gegeten want het was zo lekker?
Om zes uur zijn wij terug in ons hotel en daarna het gebruikelijke avondritueel. Ik eet vanwege mijn maagzuur weinig, Peter is nog steeds misselijk.

Na afloop van de reis ontving ik van een van de “zieke medereizigers” per e-mail het volgende:
“Het feit dat een aantal mensen ziek zijn geweest, hoeft misschien helemaal niet te liggen aan het Indase eten; een collega van mij is namelijk op de vrijdag voor de zaterdag dat wij naar India vertrokken met zijn familie naar een centerparks huisje in Nederland geweest. Daar aangekomen had hij ’s avonds enorme diarree met koorts.
De volgende dag de rest van de familie ook. Ze hebben met z'n allen het weekend door gebracht op de wc en in bed.
Wellicht heb ik dit buikgriep virus ook bij gehad want al vanaf de eerste avond in Baratphur rommelde het bij mij ook al; mogelijk heb ik de anderen besmet . Sorry !!!”

Donderdag 6 december.
Ik voel mij gelukkig weer volkomen kiplekker, van de rest kan dat niet gezegd worden. In de tuin zit een Snijdervogel en onderweg in het park in de riksja’s gezeten, zien wij een Indische Slangenarend met een slang in een poot, recht boven ons boven de weg.
Wij wandelen vanaf de tempel in oostelijke richting. In een boompje zit een Indische Karekiet, drie Bastaardarenden zitten bij een kadaver, een Meerkoet wordt onder water getrokken, verdronken en opgegeten door een groot schildpad (met zacht schild van wel een meter in doorsnede). Tot onze verbazing lopen er ook gewone Kieviten rond, twee stuks.
Wij komen tot op 125 meter van de Siberische Kraanvogels, ik heb mijn lange telelens niet bij mij (nooit tijdens de wandelingen met de groep), dat is erg jammer omdat vanochtend het licht ook erg mooi is. Even verderop zit een Indische Oorgier, een Sperwer vliegt voor ons langs en in het gras zitten twee Indische Grote Piepers (Anthus rufulus). In een boom boven ons scharrelt een Humes Bladkoning.
Wij houden lunchpauze bij de tempel van een uur tot kwart voor twee, gaan op de foto met Indiase jongelui en wandelen daarna verder in zuidelijke richting. Op 400 meter afstand zit een Keizerarend. Een Indische Slangenarend blijft bij het wegvliegen even vasthangen met een poot in een boom en gaat daarna de lucht in. Hier wordt hij weer gepest door een tweetal Grijze Wouwen. In het droge gedeelte zitten veel Klauwieren en Aziatische Roodborsttapuiten. Een Steppenkiekendief komt langs vliegen en in de verte zit een Zuidelijke Klapekster, vermoedelijk de ondersoort Lahtora. Langs de kant van de weg zit een vijftal Geelkeelrotsmussen en het geroep van een groep Malcoms Babbelaars trekt onze aandacht.
Het is vandaag maximaal 28° C, onbewolkt en windstil. Aan een plasje drinken twee Wilde Zwijnen. Een ? Torenvalk staat te bidden met op de achtergrond een Indische Oorgier en een Bastaardarend. Boven ons cirkelen enkele Roodstuitzwaluwen. Een Zwarte Woudaap vliegt voor ons langs en vlakbij in het water ligt een schildpad met een doorsnede van ruim 1 meter.
Om kwart over vijf rijden wij weer terug naar ons hotel in de riksja’s bij een temperatuur van 18° C.
Jan ligt op bed en slaapt, de andere “zieken” verschijnen weer aan het diner. Ik ga om halfelf naar bed.

Vrijdag 7 december.
Vandaag maken wij een tocht buiten het park. Bij vertrek om halfnegen vanuit het hotel is het 16° C. Vlak langs de grote weg zit een Aasgier. Bij het eerste dorp aan de westkant van het park, staat dit jaar veel water met daarop veel vogels en ook nieuwe soorten: Temminck Strandloper, Watersnip, Kleine Groene Bijeneter (op een elektriciteitsdraad) en Nimmerzat, Grote Zilverreiger en Lepelaar. In een vijgenboom zit een Indische Kommel (Koel) naast Kopersmid, Brown Headed Barbet en Geelpootpapegaaiduif.
Langs de weg zit een groepje Large Grey Babblers met daarboven enkele Loodbekjes. Op de dijk van Bund aangekomen vliegen er Witwangsterns. Ook hier op de plasjes heel veel steltlopers, vooral Zwarte Ruiters en een Peiper. Wij argumenteren tussen Richard Pippit en Paddyfield Pippit en komen er niet uit.
Om halftwaalf slaan wij de terugweg in naar ons hotel, het is dan 26° C, onbewolkt en een licht windje geeft verkoeling. Een van de riksja’s heeft een lekke band. Er moet ongeveer 1 km gelopen worden alvorens deze gerepareerd kan worden.
Na de warme lunch om een uur gaan wij om halfdrie weer op pad naar het park naar de Nursery. Hier weer Kopersmid, Brown Headed Barbet, Minivet, Common Woodshrike, Chestnutbellied Nuthatch, Ground Woodpecker en Orpheus Grasmus.
Om kwart over vier gaan wij weer varen, 25° C, hoge sluierbewolking. Onder het varen zien wij o.a. Zwarte Wouw, Slechtvalk, Bastaardarend, Bisschopsooievaar, Gaper, veel Nimmerzatten op hun nesten en Wielewaal. De zonsondergang vanaf de boot is schitterend. Om kwart voor zes terug naar ons hotel.
De elektrische muggenverdelger op onze kamers werken goed. De spanning is 220 Volt en de Nederlandse stekkers zijn hier bruikbaar. Om 22 uur is iedereen naar bed, Nico en Peter zijn nog niet lekker.

Zaterdag 8 december
Bij het ontbijt word ik verrast met een toespraak en een gift van allen tezamen.
Om negen uur stoppen wij bij het eerste pad rechts en beginnen onze wandeling. Vlak langs de weg zit een Orpheus Grasmus en boven ons een Shikra. Om halftien is het 22° C. De Shikra blijkt camera-schuw. Een Sperwer zit aanvankelijk op 6 meter en daarna op 40 meter. Het is een juveniel, heeft 3 banden op de staart (de Shikra heeft er 5), witte vlekken op de rug en het achterhoofd. Annie zegt:“ze zijn hier allemaal kalm, tot en met de koeien toe”. Langs het pad zit nog een ? Wielewaal en gedurende lange tijd een Common Hawk Cuckoo, gelukkig ook bij een viertal mensen gedurende lange tijd in het beeld van de camera. Op het water ligt een Witoogeend. De aantallen vogels op het water nemen met de dag toe door steeds weer binnenvallende wintergasten. In de lucht boven ons een Steppenarend die een duikvlucht maakt naar een Meerkoet op het water en deze mist.
Om kwart over twaalf (24° C) rits ik mijn lange broekspijpen af en ga in korte broek verder. Een ? Koel (Indische Kommel) zit achter het Guesthouse, op het gazon ligt een Tijgerpython in de zon zich op te warmen.
Wij lunchen om een uur achter de Canteen tegenover de Bookshop. Een tweetal Indische Oorgieren voert vlak boven ons een vliegshow op.
Om twee uur wandelen wij verder langs het middenpad. Een Aasgier komt laag boven de weg over. Na een Zwarte Woudaap in de zijkant van de weg zien wij boven ons 23 Roze Pelikanen binnenkomen. Vlak bij Sapan Mori zit een Bengaalse Steenuil in de zon bij 28° C. Om halfvier gaan wij terug naar het hotel. Om zes uur is daar het diner en daarna gaat iedereen naar bed. Er zijn maar liefst drie winnaars van een Vogelkalender 2002 want het aantal soorten van deze reis is 183 en twee personen hadden 182 voorspeld en één had 184 gezegd.

Zondag 9 december.
Om een uur in de pikdonkere nacht vertrekt de bus richting Delhi. Onder het rijden zien wij de maan als een sikkel, maar nu niet rechtopstaand maar liggend.
Buiten Bharatpur is een stuk weg van ruim 20 km dat bijzonder slecht is, daarna wordt het relatief beter.
De rit verloopt heel voorspoedig en om kwart over vijf zijn wij bij het vliegveld. Ook hier gaat alles vlot en om halfzes rijd ik alweer terug in een auto naar Bharatpur. Om kwart over negen ben ik terug in mijn hotel, ik drink koffie in de tuin en ga verhuizen naar een andere kamer.
Om 11 uur drink ik met de drie Bandhavgarh-gangers een biertje in de tuin. Zij hebben vanochtend een Zeearend in het park gezien. Wij lunchen gezamenlijk om 12 uur en om kwart over een zwaai ik hun uit.
Om halftwee zit ik op de riksja van Harish Chand (nummer 75) en ga het park in. Hij weet een Aziatische Valkuil te zitten en die gaat met heel veel moeite op de plaat. Daarna Nimmerzatten (op nest en vliegend), Blauwe Reiger, ? Roodgesterde Blauwborst. Het is 26? C als een IJsvogel op de plaat gaat. Na de zonsondergang zit een Coromandeloehoe op 50 m afstand op een nest en kijkt ons aan. Helaas, het licht is uit. Om kwart voor zes ben ik terug in mijn hotel.

Maandag 10 december
Kwart voor zes opgestaan en tien over zes in de riksja met Harish vertrokken. Ik moest over het hek van het hotel klimmen want dat was nog op slot. Bij de buren is het personeel al wakker en die begroeten mij met een luid ?Hello mr. Wim?. Het is 8? C, Harish heeft handschoenen aan, trui en jas en een shawl rond zijn oren.
Bij de poort staan tientallen riksja-rijders te praten, uit het park komen veel mensen die naar Bharatpur gaan werken en de weg erheen kunnen afsnijden door door het park te lopen. Het kantoor is nog niet open maar wordt speciaal voor ons geopend. Om kwart voor zeven zijn wij ter plekke, onbewolkt, 8? C en het licht al behoorlijk. Om 07.12 uur komt de zon op, van mijn tweede camera moet ik de batterijen wisselen en om 07.40 ben ik klaar met de zonsopgang en ga ik op weg naar de tempel. Later thuis in Nederland komt de grote teleurstelling als er over deze film een grote kabel loopt en de opnamen niet geschikt zijn om te vertonen!
Om acht uur wandelen wij in de richting van de Siberische Kraanvogels. Zo ?s morgens vroeg is alles erg rustig en wij zien van heel dichtbij Crested Honey Eagle, Grijze Frankolijn en Bastaardarend.
Bij de Siberische Kraanvogels aangekomen zitten deze tussen duizenden Grauwe Ganzen. Deze vliegen allen op als een Bastaardarend over vliegt. De kranen gaan uit schrik mee en blijven heel ver weg staan en gaan daar foerageren. Domme pech!
Tijdens het teruglopen fotografeer ik drie soorten ijsvogels en een grote Varaan (Monitor Lizzard) gaat op de plaat.
Ik lunch van kwart over een tot kwart over twee samen met Ruth en een Engelse hotelgast die met zijn vrouw een wereldrondreis maakt van een jaar! Er hangt een hoge sluierbewolking, het is erg nevelig en maximaal 26? C en er waait een zwakke oostenwind.
Er staat een groep van 26 Saruskraanvogels en een groep van 48 Roze Pelikanen komt binnen. Ik ga van kwart voor vier tot vijf uur in een schuiltent zitten bij de restanten van een kadaver maar er komen geen interessante dieren op af.
Ik heb vandaag 3 nesten van Coromandeloehoes bekeken maar ze zitten allemaal teveel tussen takken om er mooie opnamen van te maken. Bij de uitgang van het park wordt mij verteld dat de Siberische Kraanvogels terug zijn op de oude plek.
Ik ben om kwart voor zes terug in mijn hotel en bel naar huis. Om tien over halfzeven valt de stroom uit en het aggregaat van het hotel wordt gestart.

Dinsdag 11 december
Om vijf voor zeven staat Harish te wachten bij zijn riksja, het is mistig met een zicht van nog geen 300 meter, het is windstil en 10? C.
Door de mist is er geen zonsopgang te zien. Om halfacht zijn wij bij de tempel, de mist wordt dikker. Er is vandaag bijna niemand in het park. Op het pad zitten enkele honderden Purperkoeten. Om de Grauwe Ganzen niet op te jagen lopen wij buiten de paden, verscholen achter de dijkjes. De Siberische Kraanvogels zijn in geen velden of wegen te bekennen. Er staat een Deense fotograaf Janus Andersen beteuterd te kijken. Ook hij wilde deze vogels op de plaat zetten. Een groepje van 30 Spreeuwen komt voorbij en ook een ? Havik.
Tegen tien uur vindt Harish een dood ? Axishert in het water. Met behulp van takken slepen wij hem uit het water en leggen hem op een plaats waar wij kunnen fotograferen als aaseters eropaf komen. Janus en Harish gaan terug om de vogelkijkhutten op te halen. Het is nog steeds erg mistig, 12? C en het waait matig. In het droge terrein lopen Paddyfield Pippit en Rufous-tailed Finch Lark (Rufous-tailed Dessert Lark). De zon komt aarzelend door tegen twaalf uur en de temp. loopt direct op naar 18? C.
De Siberische Kraanvogels komen terug tegen een uur en gaan staan op 100 meter, het is nog steeds erg nevelig.
Om halfdrie brengt Harish de schuiltent en mijn lunch, De beide hutten worden opgezet en ondertussen fotografeer ik de Siberische Kraanvogels vanaf de weg. In een boom boven mij gaat een Roodbroekdwergvalk zitten, een Sperwer vliegt voorbij.
Aan het einde van de middag maak ik vliegbeelden van Grauwe Ganzen en Indische Ganzen. Tegen vier uur is er te weinig licht om nog vliegende vogels te fotograferen. Ik pak alles in en ga terug naar de tempel. Inmiddels zitten 5 kraaien te eten van het kadaver. De mist komt weer opzetten en er is dientengevolge geen zonsondergang te zien.

Woensdag 12 december
Om halfzes wordt tot mijn grote verbazing het ontbijt bezorgd op mijn kamer. Om zes uur rijd ik samen met Harish weg. Het is aardedonker in het park, mede dank zij het feit dat het nieuwe maan is en de zon pas om tien over zeven op komt. Eenmaal in het park, nabij het water, hangt een dichte grondmist. Om half zeven vertrekken wij vanaf het tempeltje in oostelijke richting bij een temp. van 8? C. Onder het wandelen komt een groep van ongeveer 70 Kraanvogels laag over ons heen vliegen. Om kwart over zeven staan de beide schuilhutten opgesteld en halen wij de laatste obstakels (grassprieten) weg.
Vrijwel direct komen de kraaien eten bij het kadaver. In de schuilhut is het dan behoorlijk fris met 10? C. Om acht uur landt er een Bastaardarend in de boom boven ons en een andere enkele honderden meters verderop. Een Bastaardarend (fulvescens) gaat eten van het kadaver en verdwijnt weer na een kwartier. Daarna is alles weer rustig. Om kwart voor negen komt een Jakhals naderbij maar de kraaien vallen deze zo lastig dat hij weer weg gaat. Een Aasgier vliegt regelmatig laag over maar komt niet aan de grond. Een tweetal honden eet gedurende twintig minuten van het kadaver en gaat dan op twintig meter afstand liggen om het kadaver in de gaten te houden. Om kwart over tien maken de honden weer aanstalten om te gaan eten en jagen alles verder weg. Om halfelf sta ik op, verjaag de honden en breek daarna mijn schuilhut af en vertrek. Janus Andersen blijft achter om verder te fotograferen, ik heb te weinig tijd meer over.
Een Kleine Vliegenvanger (Red-throated Flycatcher, Ficedula parva) komt over en een Mangoeste met drie jongen loopt op het pad. Een adulte Indische Slangenarend gaat op de foto terwijl deze van zijn zitplaats weggejaagd wordt door een Palmeekhoorn. Het weer is mooi opgeknapt tegen de middag, de mist is bijna verdwenen en het is 24? C.
Wij houden een korte pauze bij het tempeltje en daarna fotografeer ik Kwak, Purperreiger en een aantal schildpadden. Van halftwee tot kwart voor drie ben ik bij Harish thuis en zet zijn hele familie op de foto. Om kwart over drie ben ik op mijn kamer en begin te pakken.
Om half zes rijden Ruth en ik weg in een nieuwe taxi naar Delhi. Om kwart voor tien zijn wij op het vliegveld, om elf uur zijn wij door de controles heen en zitten wij in de grote hal te wachten. Het toestel van Ruth heeft een uur vertraging en mijn toestel vertrekt 50 minuten te vroeg. Zodoende vertrek ik voor haar richting Wenen, zij gaat via Parijs. De vlucht van Air India is gewijzigd in een vlucht van Austrian Airlines, hetgeen een verbetering is.

Donderdag 13 december
Het is een Airbus A340-300, die gevuld is met 110 passagiers en ruimte heeft voor 291 passagiers. Wij vertrekken tegen half twee, bijna een uur te vroeg (omdat er mist komt opzetten en de start daardoor uitgesteld zou kunnen worden), voor een vlucht van 7 uur en 50 minuten naar Wenen. In elke rugleuning zit een monitor zodat ik zelf mijn film kan uitzoeken en ook in welke taal ik deze wil horen. Wij vliegen aanvankelijk op een hoogte van 7,5 km met een snelheid van 800 km/uur en een buitentemperatuur van -28? C. Boven Turkije vliegen wij op een hoogte van 11,7 km, een snelheid van 720 km/uur en een buitentemperatuur van -57? C.
Om kwart over vijf landen wij op Wenen bij -6? C en een straffe wind. Buiten ligt sneeuw. Het inchecken gaat vrij vlot want de transferbalie ligt vlak bij de loopbrug. Daarna moet ik een uur wachten op mijn verbinding naar Amsterdam. Wij vliegen met Austrian Airlines in een MD87 uit de 80-serie, voor driekwart gevuld, max 111 passagiers.
Om kwart over negen landen wij op Schiphol, om tien over half tien heb ik mijn bagage van de band gehaald en ga ik naar huis toe.